Nu woon ik met Lammertien in de voorraadkast. Het is veilig. Warm. Vol kees en geluk.
Maar soms, als de nacht stil is, denk ik aan Kloas. Aan onze tunnels, onze plannen, onze avonturen. Aan de lach die ik nu nog maar één keer in de zoveel tijd hoor.
Ik mis hem. Maar ik weet ook:
Liefde vraagt soms een offer. En mijn offer… was mijn beste vriend.